zaterdag 17 juli 2010

In gesprek met Barbara Polderman (1971), deelnemend kunstenaar aan Scarabee • TENT, 30 mei 2010


Zondag 30 mei 2010 van 11 - 18 uur staat Park Hartenstein te Oosterbeek opnieuw in het teken van 'Het Park Vertelt', het jaarlijks terugkerende poëziefestival in het kader van de landelijke manifestatie 'De Dag van het Park'. Barbara Polderman en Bianca Runge zijn uitgenodigd om hun werk grootschalig te presenteren op speciale, door Scarabee aangeleverde doeken voor het project TENT. Om die reden een interview met Barbara Polderman. Ze ontvangt me in haar atelier dat vol staat met stoffen, randjes en kantjes, schalen met knopen en spelden, emmers met lijm en 'werk in wording'.













In 1996 studeerde ik af aan de Akademie te Arnhem, afdeling Vrije Kunst. Ik begon met schilderen maar dat veranderde steeds duidelijker in tekenen. De tweede fase volgde ik aan de St. Joost in Breda, afdeling autonoom. Deze nieuwe opleiding was geënt op het tekenen. Al werkend ontstond langzaam aan mijn ruimtelijke werk. Het begon met kleine stukjes die ik uit mijn tekeningen nam en ruimtelijk maakte. Het werden op het lichaam georiënteerde vormen van schuimrubber, een materiaal dat door het oppervlak aan huid doet denken. Er ontstonden installatieachtige objecten en steeds meer werden het complete lichamen. Wat me daaraan boeit is niet het lichaam zelf, maar het gevoel dat erbij hoort. Een persoonlijk gevoel is voor mij altijd het uitgangspunt.







Gevoelens en herinneringen zoals angst, geboorte of liefde... Tegelijkertijd zijn dat universele, grote gevoelens. Ik probeer dat te vertalen in beelden. Hierdoor krijgt een gevoel dat voor mij interessant is, een breder draagvlak. 'Familie' bijvoorbeeld, is een algemeen onderwerp want iedereen heeft familie. Het gaat mij bij dit onderwerp over hoe ik 'familie' specifiek ervaar en dat weergeef in de houding, het gebaar, in hoe de leden van de familie zich positioneren en hoe dat voelt. Het fascineert mij dat het persoonlijke tegelijk algemeen geldend is. Door de algemene geldigheid ontstaat er wisselwerking met de kijker. Ik vind het belangrijk dat er iets gebeurt, dat het iets teweeg brengt. Een vleugje, een klein moment. Dat is een middel om contact te krijgen.







Ik ben nu aan het werk voor mijn solo expositie dit najaar in de Amsterdamse Reuten galerie. Ik richt me daarop en daaruit ontstaat rust en ruimte om nieuw werk te maken. Nieuw werk maken is zoiets als tegen een heuvel oplopen. Het wringt en het gaat langzaam. Je weet het nog niet. Als ik dat gevoel kan toelaten, ontstaat er een mentaal proces. Dat vraagt veel, want je loopt als het ware steeds een beetje achter. Het is telkens of je vanuit je ooghoek al iets waarneemt waarvan je nog niet precies weet wat het is...
Dingen ontstaan vanuit beweging, vanuit het werken. Soms is het meer conceptueel maar eigenlijk moet het hand in hand gaan: het denken en het doen, het mentale proces en het werkproces maar ook de vaardigheid en de techniek. Soms haalt het een het ander in, maar een andere keer lijkt het ook wel vanzelf te gaan. Er is geen formule voor. Maar de beelden willen zelf ook wat. Belangrijk is dat ik altijd eerlijk ben want dan weet ik wel of iets goed is.

Materiaal is voor mij heel belangrijk: ik zoek vanuit structuren, kleuren en eigenschappen van het materiaal naar manieren om de inhoud en uitdrukking van het werk te versterken. Met het materiaal begint het proces, maar het vraagt erom behandeld te worden. Ik kan de huid van een beeld van stof of van leer verlijmen, met naald en draad vastzetten, drenken in polyesterhars of alleen maar spelden. Voor mij moet de vorm, de inhoud, het materiaal en de manier waarop een werk gemaakt is, samenvloeien tot een vanzelfsprekend geheel. De huid van de kleden wordt tot een olifant en de vorm wordt de drager van het beeld. Ik probeer een zo uitgesproken mogelijke vertaling te maken. Het wordt geen 'olifant' maar 'een familie van olifanten'.

Het maken van beelden is een langdurig proces in tegenstelling tot mijn collages waarbij de werkwijze veel directer is. Mijn collages, meestal ondiepe kijkdoosjes, maar ook wel vlakke collages, bouw ik op uit afbeeldingen uit boeken. Dat is een werkwijze met een ander soort vaart, die de energie verlegt. Eigenlijk gebeurt het gewoon zo.
In mijn collages speelt het landschap een belangrijke rol omdat het eigenlijk 'innerlijke landschappen' zijn. Het landschap is de wereld. Dat is een prachtige metafoor want het heeft eigenlijk alles in zich. Ik heb een voorliefde voor berkenbosjes maar heb geen favoriete plek. Ieder landschap kan iets in zich dragen en dat is niet aan een plek gebonden. Stel dat je je ogen dicht doet, stel je het landschap voor en je ziet een groot iets. Ik haal er intuïtief uit wat ik kan gebruiken.

Natuurlijk heb ik voorbeelden of inspiraties: je doet nooit iets alleen en er zijn kunstenaars die je bewondert en een impakt op je hebben. Maar het is vooral de wisselwerking van ideeën en beelden, van muziek en stemmen die je gehoord hebt, die me beïnvloedt.

Werk van Barbara Polderman:
- Barbara Polderman 'Home is where the heart is', van 23 januari t/m 9 mei 2010 in de projectruimte van Museum Het Valkhof te Nijmegen;
- Scarabee•TENT, Park Hartenstein, 30 mei 2010;
- Solo tentoonstelling galerie Reuten te Amsterdam: najaar 2010.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten